De Middel spreekt
27-10-2015De Middel spreekt
Na het succes van Zutphen ( met 277 deelnemers de drukste GOW ooit ) en de prachtige wedstrijd in Hardenberg ( 246 deelnemers ) kun je maar één ding concluderen: de GOW leeft als nooit tevoren. Heel veel renners, prachtige wedstrijden, kortom, mooier kan het niet. Goed voor de vele oude en nieuwe sponsoren( natuurlijk ), goed voor de organisatoren ( natuurlijk ) en goed voor het veldrijden in zijn totaliteit ( absoluut niet ). Want de ontwikkeling van de GOW drukt ons keihard met de neus op de feiten als we het vergelijken met de inschrijvingen voor de nationale wedstrijden in ons district. Harderwijk had wel eens meer deelnemers, en de inschrijving van Almelo is in vergelijking met de wedstrijden tot nu toe in GOW verband ronduit mager.
Even wat cijfers: er reden in Hardenberg in totaal 73 masters. In Almelo staan er slechts 29 op de deelnemerslijst. Slechts 14 min of meer vaste GOW’ers hebben ingeschreven. Waar zijn in hemelsnaam die overige 59 ? In Hardenberg 34 nieuwelingen, in Almelo slechts 26. Na het tellen van de inschrijvers en het vergelijken met Hardenberg mis ik er 22. Reden de amateurs in Hardenberg met 44 renners rond de Oldemeijer, in Almelo gaan 33 amateurs de Joke Kroon berg beklimmen. Dat hadden er 30 meer kunnen zijn. En bij de dames en de junioren is het van hetzelfde laken een pak. Wat zijn ook weer de doelstellingen van de GOW ? Om de (weg)renners een competitie te bieden om de winter door te komen, om te proberen meer renners te activeren om in nationale veldritten uit te komen en ten slotte organisaties te stimuleren om in plaats van een GOW-veldrit een nationale wedstrijd te organiseren. Daarvoor stellen wij zelfs een leuk bedrag als startpremie beschikbaar. Het kan niet zo zijn dat een regionale wedstrijd populairder is dan een nationale race. Op deze manier draaien we het nationale veldrijden de nek om. En dat kan toch nooit de bedoeling zijn.
Conclusie: het gaat niet goed met de GOW.
De Middel